Vanaf 2021 worden enkele ‘mestregels’ aangescherpt. Deze regels zijn eerder aangekondigd en zijn nu (zo goed als) definitief.
Beperkingen bij ruggenteelt
Op klei- en lössgrond moeten bij ruggenteelt maatregelen worden getroffen om afspoeling te voorkomen. Eerder zijn hierbij de aanleg van drempels of greppels genoemd. In plaats hiervan wordt het ook mogelijk parallel aan de watergang een akkerrand aan te leggen van minimaal 3 meter breed. Op deze rand mag geen mest worden aangewend en mag geen akkerbouwgewas worden geteeld.
Later aanwenden mest op maisland
Het uitrijden van drijfmest en vloeibaar zuiveringsslib op maisland op zand- en lössgrond is vanaf 2021 pas vanaf 1 april toegestaan. Daarnaast mag u op deze gronden alleen mais telen als u dit uiterlijk op 15 februari van het betreffende jaar hebt gemeld bij RVO. Deze nieuwe regels gelden niet voor biologisch geteelde mais en voor de teelt van suikermais onder folie.
Fosfaatdifferentiatie
Vanaf 2021 vindt de bepaling van de fosfaattoestand van de grond plaats op basis van twee indicatoren. Dit in plaats van alleen het PAL- of het Pw-getal. De fosfaattoestand van bepaalde percelen kan hierdoor (sterk) veranderen! ‘Oude’ grondmonsters kunt u onder voorwaarden nog blijven gebruiken.
Meer weten?
Vraag ons naar de exacte invulling van de nieuwe regels. Dat kan rechtstreeks per mail via advies@nuweasubsidies.nl. Of bel naar ons centrale telefoonnummer 088 2824000.